Koningschieten

Puntenkoning
De verenigingswedstrijd waarin wordt bepaald wie voor een jaar de titel koning mag dragen, wordt gehouden in de maand april.

De wedstrijd gaat over 36 pijlen (3-pijl systeem). Vooraf krijgt men 6 inschiet pijlen. 

De afstand zal 18m bedragen en een op dat moment gangbaar blazoen zal worden gebruikt.

De hoogste acht schutters gaan door naar de finaleronden, volgens N.H.B. reglement. Dit geldt ook voor aspirantenleden.

De deelnemer die op de zevende plaats eindigt krijgt de titel van ridder,die op de dertiende plaats eindigt krijgt de titel van joker,
die op de negentiende plaats eindigt krijgt de titel van de 1e page, 25e is 2e page enz.
 




Jan Martens - Puntenkoning 1926
 

 
De dame die de minste punten schiet moet gedurende een jaar de verenigingsheks onder haar hoede nemen. Indien de puntenkoning driemaal achtereen koning is geworden wordt de titel van keizer toegekend
 
Wordt de wedstrijd door een aspirant gewonnen, mag de als tweede eindigende schutter, niet zijnde een aspirant, als koning aan wedstrijden deel nemen.
 
De eenmaal aan een schutter toegekende titel van keizer blijft behouden tot een andere schutter deze titel behaalt. Alleen de koning kan op wedstrijden worden vervangen door zijn plaatsvervanger.
 
Van zowel de keizer als de koning wordt verwacht, dat ze deelnemen aan wedstrijden en plechtigheden, waarbij hun aanwezigheid op prijs wordt gesteld.
Voor de koning wordt per persoon € 1,50 uitgelegd voor een drankje.
 

Wanneer de wedstrijd door de keizer wordt gewonnen, mag de de als tweede eindigende schutter als koning deelnemen aan wedstrijden.

De schutter die tijdens de wedstrijd direct na de koning eindigt, mag bij wedstrijden optreden als reservekoning, wanneer de regerende koning is verhinderd. Hij mag de koningstitel aan ontlenen. 
Puntenkoning - winnaars
 
 
Jongste koning ooit!
Op zondag 3 april 2005 werd Martin Rasenberg tijdens de Puntenkoningschieten 
de jongste handboogsporter 
ooit die de titel van puntenkoning heeft gewonnen. Martin was toen nog 11 jaar oud! 



Gelukskoning
De verschieting waarin wordt bepaald wie voor een jaar gelukskoning is, wordt gehouden op de derde zaterdag in oktober of bij hoge uitzondering in een weekend zo spoedig mogelijk daarna.
 
De wedstrijd wordt geschoten op een afstand van 25m, aspiranten op 18m op het dan gangbaar zijnde blazoen. Midden op de geel wordt dan een ring van 13 millimeter doorsnee geplaatst. Alle ringetjes op de onderscheidenlijke blazoenen dienen even groot te zijn. Alleen voor de compound schutters wordt een ring van 11 millimeter doorsnee geplaatst.
 
De regerende gelukskoning mag vooraf twee  pijlen schieten om zijn titel te verdedigen.
 Indien een  van deze twee pijlen binnen het ringetje de roos treft wordt hem de titel opnieuw voor een jaar verleend.
 
Zodra de regerende koning zijn twee pijlen geschoten heeft en deze zijn zonder resultaat, mogen alle deelnemers per beurt telkens een pijl schieten. Zodra een of meer pijlen in één doorgang roos treffen binnen een ringetje is de wedstrijd ten einde. 
 
Zijn er meer schutters met een treffer, dan wordt er tussen die schutters gekampt, telkens met één pijl. De schutter die het dichtst bij het ringetje (centrum van het blazoen) schiet krijgt de titel. Bij ook maar de geringste twijfel wordt  overgeschoten. 
 
Voor  de koning wordt per persoon € 1,50 uitgelegd voor een drankje.
 

 
 

 

Jaar Gelukskoning
2019
Beus Beusenberg
2018 Barry Beemsterboer
2017 Marco Veld
2016 Kayleigh van der Wal
2015
Wesley de Wilde
2014
Christiaan Tom
2013
Ed Kempe
2012
Karel Kroone